De wijzigingen in de nota betreffen onder andere enkele aanpassingen in het overgangsrecht voor spaarloontegoeden. Het blokkeringvereiste voor spaarloontegoeden vervalt per 1 januari 2012. Wat wil zeggen dat werknemers die aan de spaarloonregeling meedoen, het geld in januari weer belastingvrij mogen opnemen. Per jaar mag men maximaal 613 euro belastingvrij sparen. Afhankelijk van het belastingtarief kan dat tussen de 200 en 300 euro opleveren. Het geld hoeft echter niet per se op te worden genomen in januari. Je kunt het uiterlijk tot 2016 laten staan laten tegen de rente van de bank waar het spaarloon wordt gedeponeerd. Ieder jaar wordt dan een deel uitgekeerd.
Levensloopregeling
Om mee te doen aan de spaarloonregeling moet een werknemer wel al op 1 januari 2011 in dienst zijn geweest. En doet hij of zij mee aan de levensloopregeling, dan kan niet tegelijkertijd gebruik worden gemaakt van de spaarloonregeling. Beide regelingen worden in 2012 en 2013 omgezet in de ‘vitaliteitregeling’.
Vitaliteitregeling
Verder besteedt de nota uitgebreid aandacht aan allerlei vragen over de vitaliteitregeling en wijst op drie voordelen van deze regeling:
- Het in vitaliteitsparen opgebouwde tegoed is niet belast in box 3.
- De stortingen in vitaliteitsparen zijn aftrekbaar en de opnames uit vitaliteitsparen zijn belast. Daardoor is in ieder geval sprake van uitstel van belastingheffing en waardoor men tariefsvoordeel kan behalen.
- Het opgebouwde tegoed kan worden ingezet voor alle doelen, en niet zoals in het geval van levensloopregeling, alleen voor verlof.
- De regeling is niet alleen toegankelijk voor werknemers, maar ook voor ondernemers-natuurlijke personen en resultaatgenieters (zzp’ers, freelancers)
Aanbiedingsbrief nota naar aanleiding van het verslag overige fiscale maatregelen