Een wetsvoorstel van D66 en GroenLinks waardoor werkgevers een verzoek om thuis te mogen werken niet meer zomaar zouden mogen weigeren, is gesneuveld in de Eerste Kamer. De fracties van BBB, VVD, PVV, JA21, FVD, SGP en 50PLUS stemden tegen, waardoor het voorstel met de kleinst mogelijke meerderheid is verworpen.

D66 en GroenLinks wilden in de zogenoemde Thuiswerkwet niet het recht op thuiswerken vastleggen, maar wel het recht op een gesprek daarover met de werkgever. De partijen kwamen voor het eerst met een voorstel van die strekking tijdens de coronapandemie, toen voor veel sectoren het dringende advies gold om mensen indien mogelijk thuis te laten werken.

Met het Initiatiefvoorstel Wet werken waar je wilt wordt een thuiswerk- of werkplekverzoek op eenzelfde manier behandeld als andere verzoeken op grond van de Wet flexibel werken (Wfw) zoals een verzoek om aanpassing van de werktijd of arbeidsduur. De ‘Wet werken waar je wilt’ was eerder dit jaar met een overgrote meerderheid aangenomen in de Tweede Kamer. Daar stemden alleen PVV, FVD en Groep-Van Haga tegen. Maar in de senaat klonken tijdens de behandeling van het wetsvoorstel al twijfels over nut en noodzaak ervan.

Noodzakelijke verbetering arbeidsomstandigheden

Vakbond FNV is woedend dat de wet het niet heeft gehaald. Vicevoorzitter Kitty Jong noemt het ‘cynisch, losgezongen van de realiteit en een gemiste kans’ dat de senaat een voorstel ’torpedeert’ dat ook in de polder op brede steun kon rekenen. “De Kamer heeft hier om partijpolitieke redenen een kans laten liggen die voor veel werknemers een noodzakelijke verbetering van hun arbeidsomstandigheden was.”

“Slecht nieuws voor werknemers die graag willen thuiswerken”, zegt D66-Kamerlid Steven van Weyenberg, die de initiatiefwet verdedigde in de Eerste Kamer. Ook hij wijst erop dat zowel vakbonden als werkgeversorganisaties de wet juist steunden.

Mogelijkheid hybride of thuiswerken neemt toe

Dat de wet het niet heeft gehaald, wil niet zeggen dat thuiswerken niet meer kan. Indeed, naar eigen zeggen wereldwijd de grootste vacaturesite, stelt juist dat thuiswerken ‘here to stay’ lijkt. Het aantal vacatures waarin de mogelijkheid tot hybride of thuiswerken is opgenomen, neemt sinds het uitbreken van de coronacrisis namelijk almaar toe. Vergeleken met februari 2020 wordt deze mogelijkheid inmiddels 427 procent vaker genoemd, constateert Indeed na een analyse van miljoenen Nederlandse vacatures.

Werkgever en werknemer komen er samen wel uit

“Wij roepen werkgevers op om het thuiswerken zoveel mogelijk te faciliteren. Met of zonder wet”, geeft voorzitter Piet Fortuin van vakbond CNV aan. Dat gebeurt ook in de meeste gevallen zo meldt werkgeversvereniging AWVN. AWVN was oorspronkelijk geen voorstander van het wetsvoorstel zo schrijft adviseur juridische zaken Jan Mathies op de site van de vereniging. ‘Maar toen het werd aangepast op advies van de SER, was er voldoende balans ontstaan. De wet zou vooral een stok achter de deur zijn geweest om ervoor te zorgen dat de wens van werknemers om de plek van werk aan te kunnen passen en het belang van de werkgever om dat wel/niet toe te wijzen, met elkaar in evenwicht zijn. Nu de wet er niet komt, zal dat vermoedelijk niet veel implicaties hebben, want in veruit de meeste gevallen komen werkgever en werknemer er samen uit.’