80 procent van de werkende mantelzorgers ervaart in zekere mate knelpunten bij het combineren van arbeid en zorgtaken. Bijna de helft van het aantal werkende mantelzorgers geeft ook aan niet bekend te zijn met de wettelijke verlofregelingen. En 90 procent van de werkende mantelzorgers ervaart geen proactieve houding van hun werkgever ten aanzien van het bespreken van hun mantelzorgtaken zo blijkt uit een enquête van CNV Dienstenbond.

Ongeveer 80 procent van de werkende mantelzorgers ervaart in zekere mate knelpunten bij het combineren van arbeid en zorgtaken. 40 procent geeft zelfs aan dat dit regelmatig tot vaak aan de orde is. Om deze knelpunten op te vangen, kunnen mantelzorgers in Nederland een beroep doen op een aantal wettelijke (verlof)regelingen, zoals kortdurend en langdurend zorgverlof en calamiteitenverlof. Bijna de helft van de werkende mantelzorgers (46,7 procent) is echter niet op de hoogte van deze regelingen. Nog eens bijna een derde geeft aan de regelingen wel te kennen, maar er zelf nog nooit gebruik van te hebben gemaakt.
Bovendien geeft iets meer dan een vijfde deel (21,9 procent) van de werkende mantelzorgers expliciet aan niet tevreden te zijn over de mogelijkheden die op zijn of haar werk worden geboden om werk en mantelzorg te combineren.

Bekendheid op het werk
 

 

Bijna een kwart van de werkende mantelzorgers geeft aan dat niemand op het werk (leidinggevende, collega’s en P&O) van de mantelzorgsituatie op de hoogte is. Nog eens 30 procent geeft aan dat mantelzorg niet bespreekbaar is op het werk en meer dan 60 procent zegt dat mantelzorg op het werk wel bespreekbaar is, maar eigenlijk alleen wanneer zij het als werknemer zelf aankaarten. Dat blijkt ook uit de open antwoorden, waarin met name gesteld wordt dat er geen interesse en inlevingsvermogen is vanuit collega’s en directie en dat het lastig is het aan te kaarten in verband met de werkzaamheden en bezetting.
Overigens is dit beeld onder niet-mantelzorgers vrijwel gelijk. 90 procent geeft aan dat er niet over mantelzorg gecommuniceerd wordt op het werk, terwijl 70 procent dit, naast faciliteiten voor mantelzorgers, wel heel belangrijk vindt.

Aanbevelingen

Van de werkende niet-mantelzorgers verwacht 40 procent in de toekomst geconfronteerd te worden met mantelzorgtaken. Een realistische verwachting, gezien de ontwikkeling dat de overheid steeds meer zorgtaken naar de burger wil verplaatsen. In 2015 zijn gemeenten zelf verantwoordelijk voor de zorg aan langdurig zorgbehoevenden. Zij willen de mogelijkheid krijgen om mensen die langdurige zorg aanvragen te verplichten om steun bij hun familie en vrienden te zoeken. Dat stelde de VNG in een reactie half mei op de bezuinigingsplannen van staatssecretaris Martin van Rijn van VWS.
CNV beveelt daarom aan  werknemers voor te lichten over de mogelijkheden voor verlof en maatwerkafspraken. En daarnaast mantelzorgafspraken in het beleid in te bedden, zodat er niet ad hoc geïmproviseerd wordt. Ook moeten de cao-afspraken over mantelzorg beter gecommuniceerd worden op de werkvloer.

 

Respondenten

In totaal hebben 1275 mensen de enquête ingevuld, waarvan 925 werkenden (72,5 procent van het totaal) en 379 werkende mantelzorgers (41 procent van het aantal werkenden). 80 procent van de ondervraagde werkende mantelzorgers geeft aan meer dan 12 maanden aaneengesloten zorgtaken te vervullen. 45 procent doet dat voor meer dan 8 uur per week; 20 procent zelfs voor meer dan twee volledige werkdagen per week.