De twee grootste vakbonden van Nederland, FNV en CNV, pleiten voor een thuiswerkvergoeding voor alle werknemers die veel vanuit huis moeten werken. Werkgeversvereniging AWVN adviseert haar leden op dit moment echter nog niet om een thuiswerkvergoeding te geven.

Woordvoerder Jolanda van Zwieten van vakbond CNV zegt tegen NU.nl dat de situatie per werkgever verschilt, maar dat ze vindt dat werknemers die vaak en langdurig thuis moeten werken, zeker een vergoeding zouden moeten krijgen. “Volgens het Nibud kost thuiswerken 2 euro per dag. Dat wordt onze inzet bij onderhandelingen in sectoren waarvan wordt verwacht dat mensen langdurig thuiswerken, zoals banken en verzekeraars.”

Woordvoerder José Kager van FNV hoort dat werkgevers vaak de reiskostenvergoeding door laten lopen en daarmee hun werknemers zeggen te compenseren voor het thuiswerken. “Dat is ook een manier, maar de ene werknemer woont dichtbij en de ander ver weg. Daardoor krijgen ze verschillende vergoedingen, terwijl ze wel even veel kwijt zijn aan thuiswerken.”

Structurele en incidentele kosten

Daarom adviseert Kager werkgevers te kijken naar de structurele en de incidentele kosten die werknemers maken door het thuiswerken. Ze geven bijvoorbeeld geld uit aan zaken als een bureau en een goede stoel, maar er zijn ook terugkomende kosten voor bijvoorbeeld verwarming, elektra, printjes en koffie. “Het verschilt per cao en situatie wat werknemers nodig hebben, er is maatwerk nodig om zo’n bedrag vast te stellen.”

Werkgeversvereniging AWVN adviseert haar leden op dit moment nog niet om een thuiswerkvergoeding te geven. “Dat hangt van te veel omstandigheden af”, zegt woordvoerder Jannes van der Velde. “Als bedrijven structureel het thuiswerken naar een hoger niveau willen tillen, dan is het ook vanuit de Arbowet goed om te kijken naar voorzieningen als een stoel en bureau en dan is het dus niet gek om over een vergoeding te praten. Ons advies is om als werkgever een prognose te maken, te kijken in hoeverre thuiswerken in de toekomst van het bedrijf past en daar beleid op aan te passen.”