U kunt werknemers een vaste onbelaste reiskostenvergoeding blijven geven als zij tot 40 procent van hun werktijd thuiswerken. Daarnaast gaat de onbelaste verhuiskostenvergoeding omhoog.
Reiskostenvergoeding bij thuiswerken
U mag een werknemer die naar een vaste arbeidsplaats reist, een onbelaste vaste reiskostenvergoeding geven. Berekent u de vaste vergoeding volgens methode 2 (zie paragraaf 18.1.2 in het Handboek Loonheffingen 2008), dan kan de werknemer vaker thuiswerken en toch in aanmerking blijven komen voor de onbelaste vergoeding. Eén van de voorwaarden was dat de werknemer op ten minste 150 dagen per kalenderjaar naar de vaste
arbeidsplaats reist.
Met ingang van 1 januari 2009 verandert dat in ten minste 128 dagen. Door deze wijziging kan de werknemer tot twee dagen per week thuiswerken met behoud van de onbelaste reiskostenvergoeding.
Verhuiskostenvergoeding
Als een werknemer meer dan 25 kilometer van zijn werk woont, mag u hem een onbelaste verhuiskostenvergoeding betalen om dichter bij zijn werk te gaan wonen. U mag een onbelaste verhuiskostenvergoeding geven van maximaal 7.750 euro naast de vergoeding van de werkelijke kosten voor het overbrengen van de boedel.
De voorwaarde dat de vergoeding gekoppeld was aan 12 procent van het loon, komt te vervallen. Voorwaarde is wel dat het gaat om een verhuizing die voldoende samenhangt met de dienstbetrekking. Voldoende verband met de dienstbetrekking is in ieder geval aanwezig als aan de volgende twee voorwaarden is voldaan:
– U geeft de vergoeding binnen twee jaar na aanvaarding van een nieuwe dienstbetrekking of na overplaatsing.
– De werknemer verhuist van meer dan 25 kilometer van het werk naar een woning op minder dan 10 kilometer van het werk.
Het Handboek 2009 waarin deze maatregelen vermeld worden, kunt u vanaf eind januari 2008 downloaden op www.belastingdienst.nl.