Het betreft onder meer het resultaat van een pilot waarin een voor werkgevers financiële tegemoetkoming (loondispensatie) die arbeidsbeperkten voor zich (blijvend) laten werken, is onderzocht.
In 2009 werden vier pilots opgezet naar aanleiding van het advies van de Commissie fundamentele herbezinning Wet sociale werkvoorziening (Commissie De Vries). Doel van de pilots was om op experimentele basis de door de commissie gedane voorstellen te toetsen in de praktijk:
- Het doel van pilot 1 was het inzicht te vergroten in de factoren die bepalend zijn voor de bereidheid van werkgevers om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen en te houden.
- Het doel van pilot 2 was de doorontwikkeling van sw-bedrijven van productie- naar arbeidsontwikkelbedrijf verder vorm te geven en te stimuleren.
- Met pilot 3 werd beoogd initiatieven te ontplooien waarmee de dienstverlening op Werkpleinen aan mensen met een arbeidsbeperking een verdere impuls kon krijgen.
- In pilot 4 werd bij 32 gemeenten onderzocht of de inzet van het instrument loondispensatie en de wijze waarop het instrument door deze gemeenten werd ingezet, een bijdrage leverden aan het bevorderen van de arbeidsparticipatie van personen met een arbeidsbeperking.
‘Van klant naar loondispensatie’
De conclusie van de onderzoekers voor pilot 4 ‘Van klant naar werken met loondispensatie’ is dat een goede selectie van de doelgroep belangrijk is. Zij geven aan dat de samenstelling van het klantenbestand een belangrijk eerste uitgangspunt is voor het afbakenen van de doelgroep. Wie zitten er eigenlijk in de bestanden en (hoe) worden zij op dit moment al bediend? Wat is de reden dat bepaalde groepen niet werken en voor welke groepen kan loondispensatie hiervoor een antwoord bieden? Soms bleek het nodig om alvorens het instrument loondispensatie in te zetten eerst trajecten te starten die op het werk voorbereiden. Een goede match tussen werkgever en werknemer is essentieel.
Tip
U kunt de eindoordelen van de evaluatie van de vier pilots Werken naar vermogen hier inzien.