Uit de Monitor Hybride Werken van KPN, uitgevoerd onder 1000 werknemers die hybride werken, blijkt dat ruim een kwart nog niet over een (verstelbaar) bureau beschikt. Eenzelfde hoeveelheid heeft geen tweede scherm en ruim een vijfde heeft thuis nog steeds geen bureaustoel staan. Voor bijna een kwart is er sprake van een ruimteprobleem: deze groep heeft geen geschikte aparte ruimte in huis om goed te kunnen werken. Ook beschikken werknemers vaak niet over een goede, stabiele wifiverbinding (18 procent) en een snelle internetverbinding (16 procent). Slechts 30 procent geeft aan niets te missen op de thuiswerkplek.
Ruim twee derde zegt het liefst thuis te werken, omdat daar de concentratie en de productiviteit beter zijn. Eenzaamheid, afleiding of vervaging tussen werk en privé zijn redenen waarom een minderheid van de ondervraagden liever op kantoor werkt. Ook technische mankementen, bijvoorbeeld een haperende internetverbinding, zorgen ervoor dat thuis- of hybride werken als negatief wordt ervaren. Maar liefst 63 procent van de mensen die wel eens hybride vergaderen klaagt dat een slechte internetverbinding zorgt voor een rommelig en onprettig verloop van overleggen. Bijna 40 procent is er bij het inbellen in meetings bang voor dat de techniek hem in de steek laat.
Ook op kantoor verbetering te behalen
Ook op kantoor valt het nodige te verbeteren. Ruim een derde wil meer ruimte om in stilte te kunnen werken. Ruim een kwart wil dat er op zijn of haar werk meer ruimtes komen om te kunnen bellen, een even grote groep wil dat meer ruimtes geschikt worden gemaakt voor videobellen. Van de werknemers die al gebruikmaken van dergelijke videoapparatuur krijgt 47 procent deze niet altijd goed aan de praat. 43 procent geeft aan dat de juiste apparatuur nog helemaal ontbreekt. Slechts 24 procent geeft aan dat er niets op het kantoor hoeft te gebeuren om hybride werken te vergemakkelijken.
40 procent heeft geen afspraken over hybride werken
Zo’n 85 procent van de werknemers wil graag zelf blijven bepalen op welke dagen zij thuis werken en op welke dagen op kantoor. In 59 procent van de gevallen zijn daar afspraken over gemaakt. In de helft van de gevallen is er een minimaal aantal kantoordagen overeengekomen. In ruim een derde van de gevallen is afgesproken op welke dagen men verplicht op de zaak aanwezig moet zijn. Maar liefst ruim 40 procent heeft over hybride werken geen enkele afspraak met de baas gemaakt, maar daar heeft bijna driekwart dan ook geen behoefte aan.