Hoe meer je om je heen kijkt en dingen in je omgeving ziet, hoe creatiever je bent. Dit ontdekten de twee Amerikaanse managementwetenschappers, Melanie Brucks en Jonathan Levav toen ze meerdere proefpersonen in tweetallen lieten brainstormen. De personen die al videobellend tot ideeën kwamen, eindigden met minder ideeën dan de groep die fysiek bij elkaar in een ruimte waren. Bovendien waren de ideeën van de laatste groep creatiever en bruikbaarder. De verklaring van Brucks en Levav is dat dit komt doordat de ‘virtuele tweetallen’ minder naar de ruimte om zich heen keken maar langer naar hun gesprekspartner. Hierdoor konden ze zich achteraf ook minder voorwerpen uit die ruimte herinneren. Daarnaast ontdekten ze dat hoe langer de proefpersonen om zich heen keken en hoe meer voorwerpen ze zich herinnerden, hoe meer ideeën ze kregen. En dat was voor de ‘fysieke tweetallen’ het geval. Zij keken minder lang naar hun gesprekspartner.
Vernauwende focus
Hun conclusie is dan ook dat het scherm de blik letterlijk en figuurlijk vernauwt. Het associatieve proces waarbij gedachten zich ‘vertakken’ en verschillende informatie wordt gecombineerd tot een nieuw idee wordt beperkt door deze vernauwde focus aldus de onderzoekers.
Volgens Bernard Nijstad, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen en zelf gespecialiseerd in creativiteit in de werkomgeving, hebben de onderzoekers overtuigend aangetoond dat de creativiteit minder is tijdens een videovergadering. “Al zijn de verschillen niet gigantisch: het is ook weer niet zo dat het helemaal niet lukt om ideeën te verzinnen via een scherm,” aldus de hoogleraar in de Volkskrant.