Bijna twee op de drie (63%) werknemers in Nederland werken wekelijks onbetaald over. Bijna een kwart doet dat zelfs 6 tot 10 uur per week. Niet alleen in Nederland, maar ook in andere landen wereldwijd blijkt dat werknemers tijdens de coronacrisis massaal blijven overwerken. In vergelijking met andere landen doet Nederland het nog niet zo slecht. Wereldwijd werkt namelijk ruim 80 procent van de werknemers over, gemiddeld zo’n negen uur per week. Dat is bijna twee uur per persoon per week meer dan voor COVID-19.
Dit blijkt uit het onderzoek People at Work 2021: a global workforce view uitgevoerd door het onderzoeksinstituut van HR- en salarisdienstverlener ADP. Voor het onderzoek zijn 32.471 werknemers in zeventien landen, waaronder Nederland, bevraagd over actuele thema’s die spelen op de werkvloer Daarbij is ook gekeken naar hoe werknemers en werkgevers tot nu toe zijn omgegaan met de COVID-19-pandemie en hoe zij denken over de toekomst.
Overwerken in coronatijd
In 2018 werd er nog door één op de vijf werknemers in Nederland tussen de 6 en 10 uur overgewerkt. Dit steeg tijdens de coronacrisis naar één op de vier. Ruim 3 procent van de werknemers geeft zelfs aan wekelijks meer dan 26 uur onbetaald over te werken. Martijn Brand, algemeen directeur van ADP Nederland: “De coronacrisis en het massale thuiswerken lijken de drempel voor overwerken te verlagen. Werk en privé loopt meer door elkaar en de tijd die je anders kwijt was aan het reizen van en naar kantoor gebruik je nu mogelijk eerder om nog even door te werken. Ook kan de economische onzekerheid ervoor zorgen dat werknemers de druk voelen om meer te gaan werken.”
Hoewel thuiswerkende werknemers wereldwijd aangeven meer overuren (gemiddeld 9,4 uur) te maken dan hun collega’s op locatie (gemiddeld 8,7 uur), spannen werknemers die het combineren met bijna tien overuren per week de kroon. Mensen die ‘hybride’ werken, geven daarnaast het vaakst (15%) aan dat zij het op peil houden van de productiviteit zien als een flinke uitdaging. Brand: “Dat is wel stof tot nadenken, zeker met het oog op hoe we omgaan met het werken in het nieuwe normaal. Op basis van deze cijfers kunnen we dus niet zomaar aannemen dat hybride werken het beste uit twee werelden samenbrengt.”
Ruim één op de drie (35%) werknemers wereldwijd geeft aan meer uren te werken vanwege angst voor baanverlies. Een kwart geeft aan vanwege deze angst op een vrije dag toch te werken. “Werknemers hopen op die manier te laten zien dat zij van extra toegevoegde waarde zijn voor de werkgever. Op termijn kan er echter een zorgelijke situatie ontstaan want het vraagt tenslotte veel van de werknemers. Het leidt tot verhoogde risico’s op overspannen personeel en verminderde arbeidsproductiviteit”, aldus Brand.
Jongvolwassenen werken vaker over
Jongvolwassenen tussen de 18 en 34 jaar werken het meest over. Slechts 15 procent van de jongvolwassenen werkt nooit over, terwijl dit percentage bij 55-plussers ruim 41 procent is. Werknemers met essentiële beroepen werken vaker over dan hun collega’s in andere functies. Desondanks is bijvoorbeeld de zorg niet de sector waarin het meest wordt overgewerkt. Wereldwijd scoort de IT- en telecommunicatiesector het hoogst, met 89 procent van de werknemers die wekelijks overuren maken.
Opvallend is dat fulltimers (81%) meer geneigd zijn om wekelijks over te werken dan werknemers met een parttime dienstverband (76%). “Werkgevers doen er verstandig aan om de belastbaarheid van hun medewerkers goed in de gaten te houden’’, waarschuwt Brand. “Langdurige overwerken kan leiden tot klachten als stress, een lagere arbeidsproductiviteit en zelfs lichamelijke klachten.”