Zijn promotie onderzoek vindt plaats vanuit het lectoraat Facility Management van de Hanzehogeschool in samenwerking met de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen.
Concept vooral goed voor concentratie
Het goede nieuws is dat het inderdaad zinvol blijkt om verschillende werkplekken te gebruiken die zijn afgestemd op verschillende activiteiten. Het bewijs, in termen van perceptie, tevredenheid en objectief gemeten werkprestatie, was het sterkst voor concentratiewerk. Dit ging duidelijk beter in een éénpersoons kamer zonder afleiding dan aan een bureau in een open omgeving met collega’s om je heen. Vooral mensen met een sterke behoefte aan privacy hadden het lastig wanneer ze concentratiewerk deden in een open omgeving.
Te klein deel geschikt voor concentratiewerk
Dit brengt ons bij het slechte nieuws: deze situatie komt in de huidige praktijk veelvuldig voor. In de flexwerkomgevingen zoals we die bij veel organisaties zien, is slechts een klein deel van de werkplekken geschikt voor concentratiewerk, terwijl dat voor veel medewerkers de hoofdmoot van hun werkzaamheden vormt. Deze mismatch lijkt een belangrijke verklaring voor de vaak tegenvallende tevredenheid, vooral onder mensen met een sterke privacybehoefte, zoals die in een eerdere studie aan het licht kwam. Wie met succes flexplekken wil implementeren, zal moeten beginnen met gedegen analyse van gebruikersbehoeften in relatie tot werkzaamheden en persoonskenmerken.