Jong of oud, laag of hoog opgeleid, man of vrouw: driekwart van de Nederlandse werknemers ziet zichzelf als behorend tot de 25 procent meest waardevolle werknemers voor de werkgever.

Dit komt naar voren uit de Randstad Werkmonitor. Uit een identiek onderzoek dat op de Duitse arbeidsmarkt werd uitgevoerd kwam naar voren dat de helft van de Duitse werknemers zo overtuigd is van zichzelf dat men een 9 of 10 geeft voor de eigen bijdrage aan het werk. Tussen de twee buurlanden zijn opvallende parallellen én verschillen naar voren gekomen.

 

Eigen bijdrage

Opvallend is dat Nederlanders zichzelf goede teamspelers vinden: bijna niemand (6 procent) is ontevreden over samenwerking op het werk, terwijl maar liefst 22 procent van de Duitsers de samenwerking onder de maat vindt. Als het in de teams niet botert, dan kan dat onmogelijk aan de eigen bijdrage liggen, zo denken Nederlandse werknemers (6 procent). Een vijfde van hen (en bijna de helft van de Duitsers) is zo overtuigd van zichzelf dat men een 9 of 10 geeft voor de eigen bijdrage aan het werk.

 

Geen initiatief nemen

Verder vindt zes op de tien Nederlandse werknemers dat ouderen onmisbaar zijn voor de groei van jongeren. Oudere werknemers vinden dat jongere werknemers niet genoeg open staan voor kennisoverdracht (zegt 40 procent), dat ze ook geen initiatief nemen (50 procent) en dat ze te weinig vragen stellen (43 procent). In Duitsland heeft maar liefst 49 procent van de ouderen het gevoel dat jongeren zich vaak te groot voelen voor sommige werkzaamheden.

 

Jongeren zijn op hun beurt kritisch over oudere werknemers: ouderen moeten meer aannemen van jongeren, aldus een op de drie Nederlandse en maar liefst zes op de tien Duitse jongere werknemers. Bijna een kwart van de werknemers in Nederland en 48 procent in Duitsland denkt dat oudere werknemers de technologische ontwikkelingen vaak niet bij kunnen houden.

Nederland versus Duitsland:

  • In Duitsland ontvangt 41 procent een bonus voor de bedrijfs-, vestigings-, afdelings-, team, of individuele prestaties. In Nederland ontvangt 39 procent een bepaalde bonus.
  • Duitse werknemers hebben in vergelijking met Nederlandse werknemers een sterkere prestatiedrang en zoeken meer uitdaging in het werk. Bovendien zijn ze meer oplossingsgericht.
  • De Mobiliteitsindex staat voor Duitsland op 112, Nederland scoort 95. Dit is op zich opvallend omdat het vertrouwen in het vinden van ander werk lager is dan in Nederland.
  • De ontevredenheid met de werkgever is vergelijkbaar. De Duitse ondervraagden hebben niet meer behoefte aan een nieuwe uitdaging. De kans op ontslag wordt daar wel iets groter geacht.