Het aantal gebruikers van het zakelijke sociale netwerk groeit dagelijks. De mondiale teller staat inmiddels op zo’n zes miljoen. De Verenigde Staten zijn onbetwist koploper. Maar op nummer twee staat toch echt het kleine Nederland, de ‘wereldkampioen sociaal netwerken’, met enkele honderdduizenden gebruikers van circa tweeduizend bedrijven.
Capgemini is een pionier en grootverbruiker op dit terrein. Van de 120.000 medewerkers wereldwijd is ondertussen ruim eenderde actief op het zakelijke sociale medium Yammer. Rick Mans rolt als social media lead de sociale mediastrategie uit voor Capgemini wereldwijd. Hij was vanaf het eerste uur betrokken bij de opkomst van dit zakelijke en besloten sociale netwerk. Dat was in september 2008 toen de Amerikaan David Sacks het lanceerde tijdens een technologiebeurs.
Virtuele koffiemachine
De introductie bij Capgemini was uiterst bescheiden. “Het werd bottom up ingevoerd, zonder sturing van bovenaf. Er werd ook nergens een aankondiging gedaan of een persbericht gepubliceerd.” Zo kroop het aantal gebruikers binnen het bedrijf langzaam maar gestaag naar duizend na negen maanden. Dat was het sein voor meer actie. “We zijn toen gedragscodes gaan opstellen voor wat wel en niet mag op Yammer. Die worden nu nog gebruikt als input voor de social media guidelines van Capgemini. Dat is dus heel organisch ontstaan.”
In tegenstelling tot Twitter is Yammer niet openbaar. Alleen gebruikers met hetzelfde e-maildomein hebben toegang tot elkaars netwerk. Om contact te hebben, moet je iemand volgen of lid zijn van een groep. Een veilige, besloten omgeving voor collega’s binnen hetzelfde bedrijf. “Het is hier eigenlijk een virtuele koffiemachine”, stelt Mans. “Soms is het alleen gezellig en soms kom je tot concrete zaken. Er bestaat een balans tussen professioneel- en privégebruik.” Bijvoorbeeld bij die specifieke groep medewerkers binnen Yammer die een passie voor cricket delen. Vooral bevolkt door Engelsen en Indiërs. “Dat is een sport die hen verbindt. Maar als je iemand op die manier leert kennen, is het zakelijk contact ook gemakkelijker.”
Interesse- en competentiestructuur
Binnen Capgemini is er ondertussen sprake van een stille egalitaire revolutie, want op Yammer worden afdelingen met vaststaande functies en rollen vervangen door een omgeving waarin iedereen in beginsel gelijk is. “We gaan vanuit een hiërarchische structuur naar een interesse- en competentiestructuur.”
Die omwenteling loopt vlotjes in eigen land. “Nederlanders zijn het toonbeeld van alles wat tegen hiërarchie ingaat. Ze denken niet in afdelingen of functies en gaan ineens over alle kunstmatige grenzen heen. Maar in sommige landen krijg je de hiërarchie er niet uit, zoals in Duitsland en India.”
Zo creëert ieder land en iedere organisatie een eigen Yammer, ingebed in de heersende cultuur. Maar onderaan de streep wordt iedereen er beter van, verwijst Mans naar een recent onderzoek van IBM. “De gemiddelde kenniswerker besteedt twee uur per week aan zoeken. Op Yammer is dit maximaal één uur en daarbij wordt het juiste antwoord gevonden. Daarnaast delen mensen meer informatie en zetten elkaar zo aan tot innovaties. Bovendien ontvang je minder e-mails. Het afhandelen van een mail kost gemiddeld drie tot vijf minuten. Dat is bij vijftig mails bijna een halve werkdag. Het is een ideaal platform om mensen productiever te maken.”
Olievlek
Dat platform is echter niet zomaar te betreden, vindt Mans. “De gebruikers moeten wel getraind worden want het is echt een andere, meer open, manier van communiceren. Van ‘waarom zouden we dit delen’ naar ‘waarom zouden we dit niet delen’. Je komt binnen met nul relaties, dus moet je een skill ontwikkelen om een netwerk op te bouwen. Ontvolgen kan daarentegen ook. Je managed dus je eigen informatiestroom.”
Het is het allemaal dubbel en dwars waard betoogt hij, want ‘de implementatie van Yammer is een van de grootste veranderingen die je in je organisatie teweeg kunt brengen’. “Je wordt als organisatie transparanter , beter geïnformeerd en er ontstaan daardoor dingen die vroeger niet ontstonden.” Die transparantie heeft voor sommigen een keerzijde. “Het is ook pijnvol. Want het maakt helder hoe disconnected sommige mensen zijn. En hoe dubbel dingen gedaan worden. Je ziet een bedrijfscultuur erin terugkomen en daar kun je op inspelen. Je kunt dus cultuurverandering initiëren.”