Een derde van de werknemers in Nederland werkt onder zijn opleidingsniveau. En bijna één op de vijf doet juist het werk van een hoger opgeleide; volgens bijna een kwart komt deze ‘mismatch’ op het werk veel voor en gaan daardoor structureel zaken mis. Dat blijkt uit resultaten van de Randstad Werkmonitor.

Het uitzendbureau concludeert uit de onderzoeksresultaten dat opleidingsinvesteringen weglekken en dat er onvoldoende wordt geïnvesteerd in werknemers.

 

Opleiding

Een derde van de ondervraagde medewerkers vindt dat hun werkgever niet genoeg investeert in opleiding, bijscholing en training. Ook bij de richting van de opleiding en de baan die werknemers hebben, blijkt er soms sprake van een verkeerde combinatie. Bij bijna 40 procent sluit de baan niet aan op hun opleidingsrichting. De werknemers geven overigens zelf aan dat zij dit geen groot probleem vinden. 80 procent van de ondervraagden geeft aan competenties belangrijker te vinden voor de  baan dan een specifieke opleiding.

 

Werkgevers

De helft van de werkgevers (48 procent) heeft moeite met het vinden van de juiste medewerkers voor sommige functies. Twee op de vijf medewerkers verwachten dat er binnen een periode van drie jaar tekorten zullen ontstaan wat betreft medewerkers in specifieke functies (42 procent), vooral hoogopgeleiden. Werknemers zijn kritisch op dit punt en wijzen naar het personeelsmanagement van de organisatie: daar zou onvoldoende worden geïnvesteerd in het aantrekken van personeel, de arbeidsvoorwaarden zouden te kort schieten en er zou geen lange termijn planning bestaan voor HR.