Hoe komt het dat je vaak achteraf pas voelt dat de manier waarop je zojuist hebt gereageerd niet zo handig was? Waarom vergeten wij, bijvoorbeeld wanneer we ons aangevallen voelen, de lange termijn gevolgen van ons handelen? Wat maakt dat we in sommige situatie overdreven reageren en er vervolgens spijt van hebben?

In dit artikel behandel ik vier gebieden uit onze hersenen die we gebruiken tijdens het communiceren. Hierdoor begrijp je beter wat je kunt doen als een gesprek een negatieve wending krijgt. Bovendien kun je met behulp van deze inzichten communicatieve bloopers vermijden.

1. Amygdala: gevoelsregelaar / emotionele brein

Dit amandelvormige deel van onze hersenen speelt een enorme rol bij het ontstaan van onze gevoelens. Je kunt het zien als een opslagkamer voor onze emoties. De Amygdala’s (je hebt er twee) scannen onze zintuigelijke waarnemingen op narigheid – vergelijkbaar met een virusscanner op de computer. Bij elke waarneming wordt op onbewust niveau de vraag gesteld: Is dit iets waar ik een hekel aan heb? Is dit iets wat me kan schaden? Is dit iets waar ik bang voor ben? Wanneer het antwoord ‘ja’ is komen de amygdala’s in actie en zenden crisisboodschappen naar alle hersendelen. Acuut worden door het lichaam ‘vecht- of vluchthormonen’ afgescheiden, wat leidt tot een verhoogde hartslag en verhoogde bloeddruk. De amygdala’s groeien tot aan het zevende levensjaar en reageren daarom in hun functioneren… precies: als een kind van zeven. In stressvolle situaties verandert de amygdala in no-time in een grote rode pulserende bloemkool waardoor je lichaam in opperste staat van paraatheid wordt gebracht. Handig als er een vrachtwagen of trein op je af komt en de amygdala’s je sommeren om opzij te springen. Niet zo handig wanneer een medewerker je komt lastigvallen en je tegen hem uitvalt. Gelukkig hebben we nog andere gebieden in ons hoofd zoals de ‘thalamus’.

2. Thalamus : gegevensbeheerder / verwerkende brein

De thalamus speelt een belangrijke rol bij de informatiestromen die door ons hoofd gaan. Alles wat we oppikken met onze zintuigen (ogen, oren, neus, tong en huid) wordt razendsnel verwerkt door de thalamus. Het meeste wordt zelfs permanent onthouden. De route van de thalamus naar de amygdala’s is heel kort. Daarom kunnen de amygdala’s al reageren voordat onze verstandelijke vermogens in de gaten hebben wat er aan de hand is. De emoties die we voelen bij alles wat we waarnemen wordt aan de informatie uit de thalamus gekoppeld. Er bestaat hiervoor een supersnelle verbinding tussen de amygdala en de thalamus. Deze emoties en informatie worden effectief (gepaard) opgeslagen in de hippocampus. Dit maakt dat je bijvoorbeeld tijdens het horen van een oude zomerhit op de radio, direct de gevoelens van ‘toen’ kunt herbeleven. Maar ook (dit is mij overkomen) dat je misselijk kunt worden van de geur van een tonijnpizza, omdat je deze op zich prima pizza de laatste keer dat je hem at hebt uitgekotst vanwege een buikgriepje.

 

3. Hippocampus: opslagplaats van herinneringen

De Hippocampus slaat de precieze omstandigheden van een gebeurtenis of ervaring op. Zoals kleding die gedragen werd, wat er allemaal gebeurde, wie wat zei tegen wie en waar. Prikkels die interessant of belangrijk bevonden worden, worden opgeslagen in het lange termijn geheugen. De hippocampus is rond het derde levensjaar volledig ontwikkeld. Dat verklaart waarom we meestal geen herinneringen hebben van voor ons derde levensjaar. Onze ervaringen worden vanaf het derde levensjaar gezamenlijk verwerkt door de amygdala’s en de hippocampus. Als je bijvoorbeeld door de hele klas wordt uitgelachen tijdens een spreekbeurt in groep 6 dan zal jouw hippocampus zich herinneren hoe het klaslokaal eruit zag, wie de juf of meester was en waar je spreekbeurt over ging. Je amygdala’s slaan alleen de herinnering aan de vernedering en schaamte op, dat gevoel van vreselijk voor paal te staan. Elke keer wanneer je voor een groep staat, sturen je amygdala’s panieksignalen door je hersenen.
We beschikken dus over een gevoelsregelaar (amygdala), een gegevensbeheerder (thalamus) en een opslagplaats (hippocampus). Het laatste gebied in onze hersenen dat interessant is tijdens communicatie is de controlekamer (prefrontale hersenkwab).

4. Prefrontale cortex: controlekamer

De prefrontale hersenkwab is de plek waar alle informatie bij elkaar komt en wordt besloten wat er moet worden gedaan. Hier nemen wij de beslissing welk gedrag het beste past bij wat er op dat moment gebeurt. Dit gedeelte van de hersenen heeft (gelukkig) de macht om het dominante en paniekerige geweld van de amygdala’s te temperen. De prefrontale hersenkwab kan namelijk ‘inhibitory neurons’ aanmaken. Plat gezegd ‘doe-maar-niet’-sapjes. Deze neuronen kunnen voorkomen dat je inderdaad gaat trappen, slaan, spugen of schelden.

Voorbeeld

Stel je voor: een irritante collega komt ‘Heb je even voor mij?’-neuriënd op je af (dat jij je dit kunt voorstellen is trouwens een staaltje thalamustalent). Je amygdala verandert per direct in een rode bloemkool. In de controlekamer (prefrontale hersenkwab) gaan allerlei lampjes flikkeren en de luidspreker scandeert: ‘Houston, we have a problem!’. De gegevensbeheerder (thalamus) hoest de noodzakelijke gegevens op uit de opslagplaats (hippocampus). De paniek en bedrijvigheid nemen toe. De rode bloemkool schreeuwt: ‘Schoppen, slaan, spugen!’. De controlekamer scheidt wat ‘inhibitory neurons’ af bekijkt alle data – ‘shit het is de CEO’ – en besluit dat een geweldloze benadering handiger is als je ooit nog aanspraak wilt maken op een bonus.

Het probleem van de rode bloemkool

De amygdala’s zijn prachtige apparaatjes en onmisbaar voor ons gevoelsleven. Ons leven zou mat, doods, saai en zelfs gevaarlijk zijn zonder de amygdala’s. Maar… amygdala’s zien in teveel dingen een aanstormende vrachtwagen of trein. Ze schieten bij het minste of geringste in de rodebloemkoolstand. Een mens met een rode bloemkool wordt angstig, fel, ongenuanceerd en directief. Niet handig als je effectief wilt communiceren. Wat de rode bloemkool ons wil laten doen, geeft op lange termijn immers alleen maar meer problemen. Gelukkig kunnen we dankzij de thalamus, hippocampus en prefrontale hersenkwab adequaat ingrijpen en leren om zorgvuldig en verstandig te reageren op de emoties van de ander en die van onszelf. 

Hoe werkt dit in de praktijk?

De eerste stap is je bewust worden dat er een rode bloemkool in je hoofd zit (of in het hoofd van de ander). Zodra jouw amygdala’s in de rodebloemkoolstand staan is het verstandig om voor een onderbreking te kiezen. Door even naar buiten te gaan, het toilet te bezoeken of een glas water te drinken kun je jezelf kalmeren en je amygdala’s de gelegenheid geven om tot rust te komen. Als je weer kalm bent lukt het beter om de situatie te relativeren en zaken vanuit een ander gezichtspunt te bekijken. Neem tot slot het langetermijn belang in ogenschouw en kies voor een reactie die alle betrokken partijen dient.

Bronnen:
“Ik kan veranderen” (Michelle van Dusseldorp)
“Verbaal Meesterschap” (Remco Claassen)